Neen.
De gebieden zijn homogeen noch waterdicht. Men zou zelfs kunnen zeggen dat ze doorlatend zijn omdat er (in een bepaalde verhouding)
andere activiteiten kunnen komen die afwijken van hun benaming.
- Hierbij denken we meteen aan de administratiegebieden, waar het een goede (en zeer prijzenswaardige) gewoonte is om te willen 'mixen', met name door daaraan (weer) een huisvestingsfunctie toe te voegen. Daarom zijn deze gebieden in algemene zin 'bestemd voor kantoren en woningen'; ook kunnen zij ‘bestemd zijn voor hotelinrichtingen en voorzieningen van collectief belang of van openbare diensten.
- In werkelijkheid zijn alle gebieden hierbij betrokken; zelfs de woongebieden 'met een hoofdzakelijke residentiële functie' - om als voorbeeld een gebied te nemen dat bijzonder beschermd is - ‘kunnen eveneens worden bestemd voor voorzieningen van collectief belang of van openbare diensten, alsmede voor productieactiviteiten waarvan de vloeroppervlakte van al die functies samen, per onroerend goed, niet groter is dan 250 m2. En buiten de linten voorhandelskernen kunnen de benedenverdiepingen van de gebouwen ‘bestemd worden voor handelszaken’ (van minder dan 150 m2).
Het is perfect mogelijk om een activiteit
op een andere plek te installeren dan in het daarvoor aangewezen gebied. Door de kwestie van de doorlaatbaarheid van de gebieden vanuit dit andere perspectief te benaderen willen wij nu overgaan tot de opsomming van de gebieden waarin het toegestaan is een bepaalde activiteit te vestigen.